Information
-
Document No.
-
Audit Title
-
Client / Site
-
Conducted on
-
Prepared by
-
Location
-
Personnel
1. Gegevens
-
Projectnaam
-
Adres
-
PC + Plaats
-
Beheerder brandmeldcentrale
-
Installatienummer / equipmentnummer
-
Notificationnummer
-
NCP Certificaatnummer
-
Telefoon
2. Bevindingen Maandelijkse Periodieke Controle
Visuele controle
-
Brandmeldcentrale: controleer de goede werking van de optische indicatoren.
-
Nevenpanelen: controleer de goede werking van de optische indicatoren.
-
Brandweerpanelen: controleer de goede werking van de optische indicatoren.
Doormeldfunctie brandmelding
-
Controleer de doormeldfunctie voor brandmeldingen.
-
Controleer de correcte ontvangst van de brandmelding.
Doormeldfunctie storingen
-
Controleer de doormeldfunctie voor storingen door de primaire energievoorziening te onderbreken.
-
Controleer de correcte ontvangst van de storingsmelding.
3. Bevindingen 4 Maandelijkse Periodieke Controle
Handbrandmelders
-
Controleer de bereikbaarheid van de handmelders.
-
Visuele controle van de handbrandmelders, vervang het glas bij breuk.
Brandmelders
-
Bevinden rook- en thermische melders zich niet dichter dan 0,3 meter van inventarisgoederen.
-
Controleer visueel of alle brandmelders naar behoren kunnen functioneren.
Overige
-
Hebben zich binnen de detectiezones veranderingen in ruimtegebruik, inrichting, ventilatiesysteem of bouwconstructie voorgedaan.
-
Controleer of het alarmorganisatieplan nog voldoet aan de huidige voorzieningen.
-
Controleer of de bedieningsvoorschriften, installatieplattegronden, blokschema's, functiematrices e.d. nog overeenstemmen met de werkelijke situatie.
-
Controleer de meldfunctie van alle meldergroepen.
Bij het beproeven op goede werking in de werkingstoestand 'Brandalarm' van de afzonderlijke meldergroepen, moeten de volgende punten in de hier aangehouden volgorde worden afgewerkt.
-
Beproef de ontvangermodule(es) alsmede de optische- en akoestische signaleringen op goede werking door in elke meldergroep een melder in alarm te brengen.
-
Beproef de bediening van de afstelschakelaar(s) van de akoestische signalering op goede werking.
-
Voer van alle meldergroepen de uitschakelfunctie uit, die bestemd zijn voor de buitenwerking stellen van de meldergroepen om de schakelfuncties en de optische en akoestische indicaties op de goede werking ter beproeven.
-
Voer van alle meldergroepen de inschakelfunctie uit om ze te beproeven op de goede werking.
-
Herstel de rusttoestand.
-
De beheerder moet, met inachtneming van de voorschriften van de fabrikant, de apparatuur uitwendig reinigen.
Suggesties en aanbevelingen
4. Oordeel NEN 2654 5.4.4
-
Ondergetekende technicus verklaart als 'Beheerder Brandmeldcentrale', dat de brandmeldcentrale periodiek is gecontroleerd.
-
Technicus
-
Datum uitgevoerde werkzaamheden.
-
Handtekening
-
Opdrachtgever
-
Werkzaam bij
-
Handtekening